Mag de carbomeergel (carbopol) gebruikt worden als basis voor mondgel?

Carbomeergel (carbopolgel) bevat carbomeer 980 dewelke enkel geschikt is voor uitwendig gebruik.
Carbomeer 974P is de variant die wel geschikt is voor oraal gebruik.
De basis voor mondgel is – de naam zegt het zelf – zeker geschikt voor op de slijmvliezen, maar is niet op basis van carbomeer, wel op basis van hypromellose.

Wat is de verhouding in viscositeit tussen carbomeer 974P en carbomeer 980?

De viscositeit van een grondstof is batchafhankelijk. Het analysecertificaat van elke batch kan u terugvinden op Fagron.be bij de betreffende grondstof of op https://fagron.com/documents/?type=coa&s= .

Algemeen wordt volgende viscositeit teruggevonden:
Viscositeit carbomeer 980: tussen 40000-60000 mPa.s
Viscositeit carbomeer 974: tussen 29400-39400 mPa.s

Aan de hand van de regel van 3 kan omgerekend worden hoeveel g carbomeer 974P nodig is om eenzelfde viscositeit te hebben als 1 g carbomeer 980. Voor Carbomeer 980 kan rekening gehouden worden met 50000mPa.s. Hoe hoger de waarder, hoe visceuzer. Van carbomeer 980 heb je doorgaans minder product nodig dan van 974P om tot dezelfde viscositeit te bekomen.

Wat is het verschil tissen carbomeer 974P en carbomeer 980?

Carbomeer 980 is enkel voor uitwendig gebruik geschikt. Carbomeer 974P is de variant die geschikt is voor oraal gebruik.
Carbomeer 980 geeft transparantere gels dan carbomeer 974P.

Deze carbomeervariëteiten (carbomeren 980 en 974P) moeten de vorige carbomeren vervangen die hoge residugehaltes aan benzeen bevatten (tot 2000 ppm voor carbomeer 940 en tot 60 ppm voor carbomeer 934P). De limiet voor benzeen die door de Europese Farmacopee opgelegd wordt, bedraagt namelijk 2 ppm.
De productiemethodes voor het verkrijgen van carbomeren 974P en 980 maken gebruik van ethylacetaat en/of cyclohexaan.